OPROEP Het is belangrijk om de verhalen en anekdotes te verzamelen rond de collectie van ‘Zoe was Alleke’. Die zullen de collectie verrijken, tot leven brengen en de relevantie ervan zichtbaar maken. Ben je Alkenaar of ken je Alkenaren met een lange familiegeschiedenis in het boerenleven in Alken? Heb je ooit voorwerpen geschonken aan het museum en wil je daar je verhaal over kwijt? Contacteer karen.vanlooken @erfgoedhaspengouw.be of bel 011-70 18 30 voor een afspraak. 2 ERFGOEDKRANT HASPENGOUW I OKTOBER 2024 Wie voor het eerst binnenwandelt in Heemkundig en Ambachtelijk Museum ‘Zoe was Alleke’ wacht een verrassing: de ruime voormalige kippenstal is tot de nok gevuld met voorwerpen, gereedschappen en landbouwwerktuigen. Ze vertellen op een tastbare manier het verhaal van het landelijke leven in Alken in de 19de en eerste helft van de 20ste eeuw. Bij de eerste aanblik op de oprit zie je onder het afdak oude machines en voertuigen staan. De cafetaria waarlangs je het gebouw binnenkomt ademt de sfeer van een dorpscafé van weleer. Dan betreed je het museum: karren en landbouwwerktuigen vullen het gelijkvloers, terwijl de eerste verdieping thematisch is ingericht met voorwerpen uit de huiskamer, de slaapkamer, de keuken, de wasplaats, uit de kerk en de school, maar ook met oude gereedschappen van de houtbewerker, de klompenmaker, de tabaksnijverheid… In ‘Zoe was Alleke’ kom je ogen tekort. Het verhaal van een verzameling Toenmalig schepen Theo Cosemans voelde in de jaren tachtig het momentum: Alkenaren, vaak geboren vóór WOII, ontdeden zich van hun oude landbouw- en andere werktuigen. De mechanisatie van de jaren zestig had ze overbodig gemaakt. De veranderende tijd deed een nieuwe wind waaien op de boerenerven en in de huizen, mensen wilden van hun oude spullen af. Dingen die voor anderen hinderlijk in de weg stonden, waren voor Theo Cosemans getuigen van een verleden dat nooit meer zou terugkomen. Tijd voor actie, tijd om deze voorwerpen bijeen te brengen, in ere te houden, en er het verhaal van het ‘leven zoals het was’ mee te vertellen. In 1987 werd ‘Zoe was Alleke’ opgericht. Snel genoeg wisten de Alkenaren waar ze hun alaam en erfgoed konden schenken, en dat het daar in goede handen was. De jarenlange inspanningen van vrijwilligers, en de ondersteuning van de gemeente, zorgden ervoor dat de uitgebreide collectie de best mogelijke zorgen kreeg. Toen de oude boerderij in de Motstraat te klein werd, verhuisde men naar het huidige pand in de Alkerstraat. Alles werd hier thematisch geordend, in een opstelling toegankelijk gemaakt voor het publiek en netjes onderhouden. Vandaag kan je het museum één keer per maand vrij bezoeken, en ook op Open Monumentendag, Erfgoeddag of na afspraak. Voor scholen doet het bestuur extra inspanningen om de leerlingen een belevingsrijk bezoek te bezorgen. Inventariseren De verzameling is voor het overgrote deel lokaal, elk stuk is gekend en heeft zijn verhaal. Het is de laatste Haspengouwse verzameling in zijn categorie. En er is didactisch potentieel. Dit alles is een hele opdracht voor een bestuur dat over weinig middelen en weinig mankracht beschikt. Daarom komen Centrum Agrarische Geschiedenis en Erfgoed Haspengouw in actie. Samen met de gemeente Alken, bestuurders en vrijwilligers zetten we vanaf dit najaar de schouders onder een inventarisatietraject. Alle stukken worden gefotografeerd, geregistreerd, gemeten, beschreven, benoemd. Een volledig overzicht, dat wellicht pas tegen de zomer van 2025 klaar zal zijn, zal leiden tot een betere inschatting van de waarde van de verzameling en deskundig advies, selectie en verder onderzoek mogelijk maken. Heemkundig en Ambachtelijk museum ‘Zoe was Alleke’ inventariseert ALKEN
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=